Als noodstroomvoorziening moet de automatische dieselgeneratorset de volgende basisfuncties hebben:
(1) Automatische start
Wanneer er sprake is van een stroomstoring (stroomuitval, onderspanning, overspanning, faseverlies) kan de unit automatisch starten, de snelheid automatisch verhogen, automatisch sluiten en weer inschakelen om de belasting te voeden.
(2) Automatische uitschakeling
Zodra de netspanning is hersteld en de stroomvoorziening als normaal is beoordeeld, wordt de schakelaar zodanig aangestuurd dat de automatische omschakeling van stroomopwekking naar netspanning wordt voltooid. De besturingseenheid stopt vervolgens automatisch na 3 minuten van vertraging en inactiviteit.
(3) Automatische bescherming
Als tijdens de werking van de unit de oliedruk te laag, de snelheid te hoog of de spanning abnormaal is, wordt een noodstop gemaakt en klinken er tegelijkertijd een hoorbaar en visueel alarmsignaal. Er klinken een hoorbaar en lichtsignaal en na een vertraging volgt de normale uitschakeling.
(4) Drie opstartfuncties
De unit beschikt over een drievoudige startfunctie. Als de eerste start niet succesvol is, start de unit na 10 seconden opnieuw. Als de tweede start niet succesvol is, start de unit na een vertraging. Zolang één van de drie starts succesvol is, schakelt de unit uit volgens het vooraf ingestelde programma. Als drie opeenvolgende starts niet succesvol zijn, wordt dit beschouwd als een mislukte start, wordt een hoorbaar en visueel alarmsignaal afgegeven en kan tegelijkertijd ook de start van een andere unit worden aangestuurd.
(5) Automatisch de quasi-startstatus behouden
De unit kan de quasi-starttoestand automatisch handhaven. Op dat moment worden het automatische periodieke voorolietoevoersysteem van de unit, het automatische verwarmingssysteem van olie en water en het automatische acculaadsysteem in werking gesteld.
(6) Met onderhoudsstartfunctie
Wanneer het apparaat gedurende langere tijd niet opstart, kan een onderhoudsstart worden uitgevoerd om de prestaties en status van het apparaat te controleren. Onderhoudsinschakeling heeft geen invloed op de normale netvoeding. Als er tijdens de onderhoudsinschakeling een netstoring optreedt, schakelt het systeem automatisch over naar de normale toestand en wordt het gevoed door het apparaat.